Drama aan de Koaidyk in 1943


Kwartierstaat
Hendrik Kuiper




Lancaster C4888

Workumers bij de "razziawedstrijd"
Tekst herinneringsplaquette bij fiets-/voetveer in It Heidenskip

Drama aan de Koaidyk in 1943

Hendrik Kuiper, geboren 31.10.1885 te Gaastmeer, gehuwd met Neeltje Westra uit zijn geboortedorp, was veehouder hier vlakbij aan de Inthiemafeart in It Heidenskip. Zij verschaffen tijdens de oorlog onderdak aan onderduikers. Doordat een van hun onderduikers, Van E., nogal loslippig is geweest in de trein verschijnt op woensdagavond 16 juni 1943 het noodlot in de persoon van de beruchte SD-er Fransoos Exaverius Lammers uit Bolsward en enkele trawanten op het erf van nu Koaidyk 15.
Hendrik Kuiper wordt beschuldigd van hulp aan onderduikers en het luisteren naar de Engelse zender. In afwachting van zijn berechting wordt hij ingesloten in cel 8, later cel 20, B453 van het Huis van Bewaring te Leeuwarden. Vanaf zondag 20 juni 1943 schrijft hij, telkens op zondag, brieven naar huis.

Ongeveer vijf maanden eerder heeft hij hulp verleend aan de piloot van een Focke-Wulf, vermoedelijk Erich Brühnke, die in de nabijheid was neergestort; dat land wordt sindsdien als ‘Flygtúchlân’ aangeduid. Dat feit wordt als verzachtende omstandigheid aangemerkt, maar het vonnis luidt, zoals Kuiper op 23 juli 1943 aan zijn vrouw bericht: twee jaar en drie maanden gevangenisstraf, tevens verbeurdverklaring van de radio, en duizend gulden boete, of indien die niet wordt betaald, twee maanden gevangenisstraf extra. Hij besluit geen hoger beroep aan te tekenen, maar dient in september een verzoek tot gratieverlening in. Op 6 october 1943 wordt dat door de Reichskommissar für die besetzten niederländischen Gebiete ‘abgelehnt’, afgewezen.

Op 3 september 1943 volgt overplaatsing naar Utrecht en vervolgens naar Kleve. Begin oktober wordt hij naar Essen getransporteerd en twee dagen later naar het nabijgelegen Bochum. Hij werkt er in een klompenfabriek, zoals hij op 24 october 1943 in een verplicht in het Duits gestelde brief naar huis schrijft. Op 29 october 1943 volgt transport naar kamp Wesseling bij Siegburg. Hij is, meldt hij op 1 juni 1944 goed gezond, behoudens enige last van steenpuisten, verricht werkzaamheden in de keuken, groente schoonmaken en aardappelen jassen, et cetera.

Omstreeks 17 september 1944 wordt hij naar Kassel op transport gesteld en aansluitend in november naar Frankfurt am Main gebracht. Volgens brieven van een landgenoot uit Made volgt in maart 1945 met circa 1600 lotgenoten evacuéring, vermoedelijk naar Bamberg. Ene Zondervan, een NSB-er uit Heemstede, meent Hendrik Kuiper, die een klein spraakgebrek had en enigszins gesticulerend sprak, nog in september 1945 in Erfurt - toen Russische zone, later DDR - te hebben gezien.

Na de oorlog wordt door mevrouw Kuiper, geboren 10.09.1895, o.a. via het Rode Kruis getracht zekerheid te krijgen over het lot van haar echtgenoot, maar alle pogingen blijven zonder resultaat.
Nog tot 1967 heeft zij met hulp van een bedrijfsleider de boerderij aan de Inthiemafeart in bedrijf gehouden. Zij overlijdt op 20.3.1967 in Sneek.

Met dank aan: Juckema-Siderius Fonds, Sti. Sneek 1940-1945, St. Friesland 1940-1945, gem.Súdwest-Fryslân.    
© 2017, Werkgroep Lancaster/WO II Warkum.



2017 Tresoar, dossier Hendrik Kuiper, Gaastmeer, afkomstig van fam. Jansma, Hurdegaryp. Mevr. Jansma is een nicht van Kuiper

Zijn Brieven naar huis vanuit Huis van Bewaring, Leeuwarden
Cel 8, B453
Ongedateerd, vermoedelijk zondag 20.6.1943
Idem zondagmorgen 27/6/1943
Idem,    04/07/43
Idem,     11/07/43
Idem,     18/07/43
Idem,    vrijdag 23/07/43, met mededeling vonnis
Idem,    zondag 25/07/43
Idem,    08/08/43
Idem,    15/08/43
Idem,    22/08/43, vanuit cel 20, B453
Idem,    22/08/43

Uit Utrecht, ongedateerd, vermoedelijk 03/09/43

Uit Bochum, 24/10.43, in  het Duits, verplicht. Werkt in Klompenfabriek
Schrijft: 2 weken in Utrecht, 1 week in Kleef, 2 dgn in Essen, 4 weken Bochum’

Uit Siegburg, kamp Wesseling
09/11/43, schrijft uit Bochum vertrokken 29/10/43
25/12/43
06/02/44
18/04.44
01/06/33 – last van steenpuisten gehad, karbonkel
03.07/44 – aardappels jassen, groente schoonmaken
12/07/44

Map 88:
Brief 12/07/43 mr. O Gunning jr, Velp.NSB-er, kennis van vroeger, zeilkamp? Naast E. 2 anderen ingerekend, die eerst met pistolen zijn beschoten.

Brief 06/10/1943 van Reichskommissar… gratieverzoek ABGELEHNT

Brief 09/05/44, D. van Eysinga aan mevr. Kuiper met als bijlage een verzoekschrift namens mevr. Mr. Van Taalingen-Dols om zaak te behandelen.
Brief van 16/06/45 van Van Segeren?, Made, bericht dat 20 mrt 45 naar Bamberg gestuurd.


Aanvullende informatie

Hendrik Kuiper, geboren 31.10.1885 te Gaastmeer, gehuwd met Neeltje Westra uit zijn geboortedorp, was veehouder aan de Inthiemafeart in It Heidenskip. Zij verschaffen tijdens de oorlog onderdak aan onderduikers. Maar al na WO I hadden ze een hongerevacué uit Hamburg op hun boerderij om ‘op to wouterjen’. Tot in de jaren zestig bleef er met de familie ervan contact bestaan. Ook herbergde hun boerderij lange tijd zeilkampen (en tegenwoordig is er de camping ‘De Oosthoek’) waar o.a. ook wel leden van het koninklijk huis aan boord van de Piet Hein verbleven. Zo is prinses Beatrix wel eens incognito in de Grote kerk van Workum gesignaleerd met zeilvriendinnen. Het echtpaar trouwde in mei 1918.

Doordat een van hun onderduikers, Van E., loslippig is geweest in de trein verschijnt op woensdagavond 16 juni 1943 het noodlot in de persoon van de beruchte SD-er Fransoos Exaverius Lammers uit Bolsward en enkele trawanten op het erf van nu Koaidyk 15. Volgens informatie treffen ze naast Kuiper en Van E. nog twee onderduikers aan, die na aanvankelijk verzet zich overgeven nadat het SD-geboefte enige pistoolschoten heeft gelost, dat blijkt uit een brief van 12 juli 1943 van mr. O Gunning jr, die desgevraagd aangeeft aan mevr. Kuiper dat hij haar niet kan bijstaan omdat hij niet meer als zodanig werkzaam is. Hij is een kennis uit vroeger tijden (de zeilkampen?) nu wel bij de nieuwe  wereldorde, de NSB, is aangesloten, die ons land en volk naar zijn mening zal opstuwen naar een hoger peil van beschaving , bla, bla, bla.

Hendrik Kuiper wordt beschuldigd van hulp aan onderduikers en het luisteren naar de Engelse zender. In afwachting van zijn berechting wordt hij ingesloten in cel 8, later cel 20, B453 van het Huis van Bewaring te Leeuwarden. Vanaf zondag 20 juni 1943 schrijft hij, telkens op zondag, brieven naar huis.

Ongeveer vijf maanden eerder heeft hij hulp verleend aan de piloot van een Focke-Wulf, vermoedelijk Erich Brühnke, die in de nabijheid was neergestort; dat land wordt sindsdien als ‘Flygtúchlân’ aangeduid.
Dat feit wordt als verzachtende omstandigheid aangemerkt, maar het vonnis luidt, zoals Kuiper op 23 juli 1943 aan zijn vrouw bericht: twee jaar en drie maanden gevangenisstraf, tevens verbeurdverklaring van de radio, en duizend gulden boete, of indien die niet wordt betaald, twee maanden gevangenisstraf extra.

Hij besluit geen hoger beroep aan te tekenen, maar dient in september een verzoek tot gratieverlening in. Op 6 october 1943 wordt dat door de Reichskommissar für die besetzten niederländischen Gebiete ‘abgelehnt’, afgewezen.

Op 3 september 1943 volgt overplaatsing naar Utrecht en vervolgens naar Kleve. Begin oktober wordt hij naar Essen getransporteerd en twee dagen later naar het nabijgelegen Bochum. Hij werkt er in een klompenfabriek, zoals hij op 24 october 1943 in een verplicht in het Duits gestelde brief naar huis schrijft. Op 29 october 1943 volgt transport naar kamp Wesseling bij Siegburg.

Hij is, meldt hij op 1 juni 1944 goed gezond, behoudens enige last van steenpuisten, verricht werkzaamheden in de keuken, groente schoonmaken en aardappelen jassen, et cetera.

Omstreeks 17 september 1944 wordt hij naar Kassel op transport gesteld en aansluitend in november naar Frankfurt am Main gebracht. Volgens brieven van een landgenoot uit Made volgt in maart 1945 met circa 1600 lotgenoten evacuéring, vermoedelijk naar Bamberg.  Iemand uit Heemstede, meent Hendrik Kuiper, die een klein spraakgebrek had en enigszins gesticulerend sprak, nog in september 1945 in Erfurt - toen Russische zone, later DDR - te hebben gezien.

Na de oorlog wordt door mevrouw Kuiper, geboren 10.09.1895, o.a. via het Rode Kruis getracht zekerheid te krijgen over het lot van haar echtgenoot, maar alle pogingen blijven zonder resultaat.

Nog tot 1967 heeft zij met hulp van een bedrijfsleider de boerderij aan de Inthiemafeart in bedrijf gehouden. Zij overlijdt op 20.3.1967 in Sneek.

Het echtpaar Kuiper had geen kinderen. Kuiper stond als een sociaalvoelend mens bekend in Gaastmeer en speelde niet onverdienstelijk orgel, ook tijdens kerkdiensten in Gaastmeer, waarop ze voornamelijk waren georiënteerd.

Frans Lammers, Bolsward 26.12.1899, was Polizei-Angestellter bijde SD in Leeuwarden. Hij werd berucht door mishandeling van gevangenen en was verantwoordelijk voor het arresteren en doodschieten van verzetsmensen. Hij werd na de oorlog gevangen genomen en in maart 1950 berecht door het Bijzondere Gerechtshof te Leeuwarden. Het vonnis luidde; de doodstraf. Al in november 1950 werd hem gratie verleend. Na 14 jaar in de gevangenis te Breda te hebben gezeten, werd hij op vrije voeten gesteld. Wel met de restrictie dat hij zich niet in Fryslân, Groningen, Drente, Overijssel en Oost-Gelderland mocht vertonen. Hij bleef in Breda wonen, waar hij op 24.7.1971 overleed.

Geraadpleegde bronnen:
Tresoar, 11 brieven vanuit Huis van Bewaring Leeuwarden;
1 uit Utrecht;
1 uit Bochum met mededeling werkt in klompenfabriek, verblijfsduur in Utrecht 2 weken, 1 week in Kleef, 2 dgn in Essen, 4 weken in Bochum;
7 uit kamp Wesseling bij Siegburg
Een aantal brieven van Segeren? Uit Made, die bericht dat ze op 20 maart 1945 naar Bamberg zijn gestuurd.
Er is ook een brief van Van E. met mededeling dat hij een advocaat heeft gevraagd om de zaak van Kuiper te behartigen. Of dat van invloed op het vonnis is geweest, is niet te achterhalen uit dat persoonsdossier van Kuiper. Op dit moment is daar niet verder naar gezocht in andere dossiers.

Een familielid uit Assen geeft later (ca. 2010) aan dat er een NSB-er uit Haarlem meent Kuiper nog in sept.1945 in Erfurt te hebben gezien.

Verzoeken van mevr. Kuiper na de bevrijding aan Rode Kruis en ook wel aan medegevangenen om info over het lot van haar echtgenoot.

Waar is Hendrik Kuiper na de oorlog gebleven? (Leeuwarder Courant)